Ik ben deze zomer een beetje blijven hangen in slakken tekenen. Niet de huis-en-tuin-slak. Ik verzin er altijd wat bij. Zo ontstond deze augustus een opgerichte slak, met een gewei en een puntig torenhuis. Hoe die slak zich in dat huisje kan terugtrekken met dat gewei is nog wel even de vraag. Een gewei is in de regel niet plooibaar. Maar misschien is dat bij deze slak wel het geval. Of dat gewei mag gewoon uitsteken als de slak zich terugtrekt. Een kleine waarschuwing voor wie nadert?
Al doende groeit de slak onder mijn handen. Ik hou wel van die langgerekte, haast gotische vormen. Zoals zo vaak vraag ik me al tekenend af waar dit heen gaat. Ik heb vaak wel een vaag plan maar soms groeit ‘t een hele andere kant op. Waarom maak ik bepaalde keuzes tijdens het tekenen en aanbrengen van kleur? Even wat elementen onderscheiden van de Torenslak. Een bestaande soort overigens maar de mijne is toch wel een bijzondere variant.
Toren
Een toren is om uit te kijken over het landschap. Dat biedt overzicht, je kunt zien of de vijand in de verte nadert en wat er allemaal in je omgeving aan de hand is. Een toren is er ook ter verdediging, net zoals zo’n slakkenhuis een veilige plek is voor een slak. Een vroeg-middeleeuwse gebouw bedoeld om je te verdedigen is de donjon. Dit is een enkele toren, vaak op een verhoging in een landschap. Als de vijand aanvalt trek je je bovenin terug. De vijand moet de wenteltrap op die niet voor niets met de klok mee naar boven draait. De meestal rechtshandige zwaardvechter kon zo niet goed slaan want word gehinderd door de middenspil. Pas later worden aan donjons muren en andere gebouwen vastgemaakt en ontstaan echte kastelen.
Gewei
Mijn slak heeft een gewei. Dat is natuurlijk te gebruiken als wapen. Bij hertachtigen hebben de vrouwtjesdieren dan wel geen gewei, bij rendieren wel. Een andere functie van zo’n gewei is pronken, laten zien hoe groot, mooi, krachtig je bent. Het heeft iets heel organisch, takken die groeien op een hoofd. Ze zijn ook nooit echt symmetrisch. Die ene tak aan de ene kant is net wat anders van richting maar het geheel is altijd wel in balans. Althans, dat neem ik aan. Anders krijgt zo’n beest wel last van haar nek. Of heeft ze de neiging om te vallen als ze de hele tijd aan één kant zwaarder is. Met dat gewei straalt mijn slak voor mijn gevoel trots uit: Kijk, hier ben ik!
De onderkant
Mijn slak staat overeind en toont haar onderkant. Ze geeft zich bloot. Toen ik dat eenmaal zag, snapte ik waar ik mee bezig was. Ik ben een beetje mezelf aan het tekenen. Sterk maar kwetsbaar. Voorzichtig, soms op mijn hoede maar ook open. En altijd op zoek naar balans. Om overeind te blijven, lichamelijk en psychisch. Maar ook trots op wie ik ben geworden, hoe ik ondanks tegenslagen ben gegroeid. Zie me rechtop staan, kom dichterbij. Maar laat me in mijn waarde. Want anders….
Nou ja…anders … kan ik altijd nog kiezen: breng ik mijn gewei in stelling of trek ik mij terug in mijn toren.

augustus 2025