Mijn kind, mijn luchtpaardje

Op lantarenpalen en vuilnisbakken in mijn buurt heeft iemand volop stickers geplakt met de tekst ‘alleen Jezus brengt vrede’. Ik word zo moedeloos van die tekst. En dat zit ‘m niet in de naam Jezus, begrijp me goed. Ik ben niet gelovig, maar respecteer iedereen die een antwoord probeert te vinden op de vragen des levens. Het zit ‘m in dat woordje ‘alleen’. Zodra je denkt dat slechts één weg de juiste is voor iedereen gaat het fout. Als iemand anders dan afwijkt van die ‘enige’ weg vormt dat kennelijk een bedreiging.

Bij elke lantaarnpaal met zo’n sticker zakt de moed mij in de schoenen. Mijn hele kleine daad van verzet is nu het afpeuteren van die stickers terwijl ik op het groene licht wacht. Die hele slogan is wat mij betreft namelijk een oproep tot oorlog tegen ‘de anderen’. En die oorlog gaat momenteel tegen mijn kind. Dat mijn kind bestaat vinden sommige mensen en sommige regeringen kennelijk afgrijselijk en bedreigend.

Variatie

Mijn luchtpaardje vliegt misschien wel eens in jouw tuin. Mag dat? Je hebt misschien nog nooit een luchtpaardje gezien. Kijk naar haar, geniet van de kleuren en laat haar ongestoord leven. Kijk slechts en zie haar kleurrijk vliegen!

Mijn kind woont in een studentenkamertje in een grote stad aan de andere kant van het land. De studie past bij haar, ze heeft in die stad een vriendengroep opgebouwd. Ze is een nieuwe sport aan het doen, is begonnen met rijlessen. Mijn kind is transgender. Ze was mijn zoon en is nu mijn dochter.

Variatie is van alle tijden. De natuur is niet zo simpel dat er enkel mannen en vrouwen bestaan. Soorten en hoeveelheden chromosomen en allerlei hormonen komen in allerlei combinaties voor. Eén op de 90 mensen voldoet niet aan het biologische man- of vrouwstandaardplaatje, maar merkt daar in de regel niet veel van. Maar het gaat in alle discussies over transgenders helemaal niet over biologie. Ging het daar maar over want dan waren we zo klaar: variatie bestaat en dat is geen probleem.

Waar gaat het dan wel over? Over niet mogen afwijken van heel stricte ideeën over man- en vrouwenrollen. Rollen die door de eeuwen en in culturen heen allerlei vormen hebben gehad. Centraal staat nu kennelijk het jaren 50-idee van wat een vrouw moet zijn. Want het gaat vooral over dat vrouw-zijn. Allerlei groepen die daar niet aan voldoen, maar vooral transvrouwen worden momenteel aangevallen. Dat gebeurt nu vooral in het land dat in mijn jeugd zo’n positief imago had, daar was de vrijheid, daar ontstonden nieuwe manieren van zelfontwikkeling. Maar nu gaat er dreiging van uit, nu wordt er onvrijheid en agressie geëxporteerd. Ik ben bang, heel bang.

Gewoon

Ik heb geprobeerd het te begrijpen: hoe het is om een lijf te hebben dat niet als het jouwe voelt. Dat lukt me niet. Maar dat betekent niet dat ik niet naast mijn kind kan gaan staan, haar wens tot transitie kan respecteren en haar kan ondersteunen daarbij.  Waarom kan een ander haar dan niet haar haar eigen leven laten leiden? Dat is namelijk precies wat mijn kind wil: een gewoon leven. Een studie doen, vrienden hebben, uitgaan, reizen, straks een baan vinden, een vriend(in), een huisje-boompje-beestje-leven. Een van de vele variaties om mens te zijn. Laat haar.

mei 2025

Terug naar het blogarchief